Zwemmen

zwemmenZwemmen met paarden, het is een heel romantisch beeld voor menig ruiter.

Als je met je paard wil zwemmen, is het belangrijk om je eerst goed voor te bereiden. “Het komt eigenlijk weer op hetzelfde neer: je paard moet een goed respect hebben voor jou en je ruimte, zodat hij niet te dicht komt,” licht Wendy toe. “Je wilt namelijk niet dat hij in paniek over je heen zwemt. Het is heel belangrijk dat je die eigen ruimte hebt en is een van de eerste basisoefeningen in het grondwerk.” De andere oefening is vertrouwen. Zelfs als je niet ver wilt gaan in je grondwerk heb je al een heel ander paard als die twee aanwezig zijn. “Verder moet je paard heel goed bestuurbaar zijn, dat je zelf bijvoorbeeld je paard eerst in het water kan sturen. Doe je grondwerk, dan zijn dat allemaal basisoefeningen. Je stuur, je gas, je rem, dat staat normaal gezien allemaal goed op je paard.”
Andere goede oefeningen zijn je paard thuis over een zeil heen laten lopen, door een vliegengordijn of in een trailer sturen. Het zijn allemaal voorbereidende oefeningen op het water. Je werkt namelijk altijd met een obstakel. “Waarover het gaat is allemaal hetzelfde: dat paard moet vertrouwen en respect voor je hebben om onder, door of in dat obstakel te gaan. Naast het respect moet je zeker ook over voldoende vertrouwen van je paard beschikken. Ook hier komen de standaardoefeningen weer van pas. Gewenning aan plastieken zakken of een zeil over je paard heen leggen. Alles waarmee je paard zegt: geen probleem! Want zodra we aan het water staan zal jij zeggen dat je er gewoon in kan en zodra hij loskomt van de grond, hij moet zwemmen en er niets aan de hand is.”

Watergewenning
Paarden komen van nature uit ook in het water staan en rollen. Maar toch moet je ook watergewenning opnemen in je trainingsprogramma. Zo kan je hem afspuiten met een tuinslang en hem laten waden door een plas, want als hij daarvoor al panisch is, ben je nog lang niet thuis. “Een paard ziet heel moeilijk diepte en als wij geen goede leider zijn, zeker als je erop zit en je dus een hengst wordt die hem drijft, dan zegt een paard heel snel: ik weet niet hoe diep dit is, ik doe dit niet voor jou, want jij bent niet hoger in rang voor mij”. “Als je afstapt en je zet je eigenlijk in een andere positie, als alfamerrie en je toont het voor, zal zo’n paard zeggen: in zo’n positie volg ik jou wel. Dus daar moet je zeker mee oefenen.

Locatie
Na je voorbereiding ben je klaar om het water in te duiken met je paard. Maar waar? “Er zijn speciale zwembaden voor paarden, maar ze zijn niet rijkelijk bezaaid”.
In de buurt vind je misschien een vijver, maar dikwijls is dat verboden. Let er dus op dat het toegankelijk is en je de boswachter vraagt of het mag. “Heb je een plek gevonden, moet je kijken of er geen kolken zijn of er stromingsgevaar is. Er zijn plassen die erg gevaarlijk zijn. En natuurlijk moet je ook kijken naar de ingang van de vijver. Je bent je paard al een stapje voor als er een afdaling is. Het is fijn voor het paard dat het niet onmiddellijk erg diep is, dat hij langzaam kan afwateren en wennen aan het water als je hem langzamerhand steeds dieper en dieper meeneemt.”

Te water gaan
Er zijn verschillende manieren om samen met je paard in het water te springen of te sukkelen. “Je kan op je paard zitten en het water inrijden. Er is wel het risico dat sommige paarden paniekerig worden zodra hun voeten loskomen van de bodem en dan is het niet fijn voor het paard om dan ook nog eens met een ruiter op de rug te zitten”. “Sommige paarden gaan zelfs gewoon ten onder aan het gewicht van de ruiter! Ze laten zich gewoon zakken, zelfs zonder ruiter doen sommigen dat. Die komen los, raken in paniek, gaan onder en zwemmen dan weg. Het is gewoon niet iets wat ze verwachten! Ik heb er nog nooit één gehad die niet is beginnen zwemmen en we zijn toch al met heel veel paarden gaan zwemmen.”
Een andere optie is om je paard te sturen. “Als je je paard makkelijk stuurt, heb je het voordeel dat je op een veilige afstand staat. Je zou zelfs eerst op de kant kunnen blijven staan, net zoals je je paard hebt geleerd om eerst in de trailer te stappen.” Voor het paard is het wel moeilijker omdat er niemand hem leidt en hem het voorbeeld geeft. Je paard moet echt wel al enorm veel vertrouwen en respect voor je hebben.
“Wij vinden de beste methode dat je eerst zelf het water ingaat en dat je je paard het water in vraagt. Zorg dan wel dat je echt op een grote afstand staat net als bij je grondwerk. Dus gebruik zeker een viermeterlijn en sta niet in een rechte lijn voor je paard. Want op een bepaald moment heb je paarden die springen in het water!” Je start met te vragen aan het touw, in fases. Je vraagt eerst, pakt wat druk en zorg ervoor dat je een touwhalster gebruikt. Geen gewoon halster waarin ze gaan hangen en iets sneller van de druk afkomen. “Zodra hij met zijn gewicht naar voor leunt, ga jij stoppen met vragen”. “Zo leert hij dat water leuk is, want ik krijg iedere keer druk en als ik een stap naar dat doe, valt die druk weg. Je hebt paarden die dat uitermate gecontroleerd doen, ze stappen heel rustig het water in en dan zijn er die echt een bommetje doen! Daar moet je zeker voorzichtig mee zijn. Zodra je paard in het water is, kan je wegzwemmen en laat je je paard volgen.”

Voorbenen
Zorg dat je nooit bij de voorbenen komt, want die maken een enorme klauwbeweging. Zodra je paard langs je passeert, kan je de manen vastnemen. “En zo kan je je laten meevoeren in het water. Kom je nog even in het ondiepe, kan je nog snel even je benen over het paard gooien en dan tilt die je op die manier het water uit”. “Zorg dat je voor en na het zwemmen je paard altijd even in het water laat staan. Als je erin gaat, laat je hem even staan en dan zwem je ermee weg. Terug in het ondiepe laat je hem ook even staan. Zeker nadien is het belangrijk dat dat paard niet gaat anticiperen om naar de kant te gaan.”
Ga je uit het water, zorg dan dat je je stuurtechniek gebruikt door het paard de kant op te leiden en te laten draaien. “Meestal is dat erg gemakkelijk, want ze willen veelal het water uit, dus zijn ze heel licht hierin. En dan heb je zelf alle tijd om aan de kant te klauteren. Als je er als eerste uitgaat, zorg je dat je voldoende plaats hebt om te bewegen. Als een paard er dan echt uit wil, springt hij niet in je nek.” Altijd goed voorbereid zijn, goed weten hoe je het zal doen en niet twijfelen zijn de sleutelelementen. “Als je staat te twijfelen, zal je paard beslissingen nemen en dan kan je in gevaar komen. Doordat je het juiste materiaal hebt, een lang touw en touwhalster, heb je een goede controle over het hoofd.”

Alleen zwemmen?
“Ga nooit alleen zwemmen! Stel dat je wordt geraakt door je paard en je bent knock out, is dat levensgevaarlijk. Het paard kan altijd naar de kant, maar jij blijft achter in het water. Een paard heeft echt zelfbehoud, die wil zijn eigen hachje redden en aan de kant geraken”.
Ga echter ook niet met zijn allen tegelijkertijd in het water, maar beperk het tot een combinatie per keer. Als je met twee paarden en twee mensen in het water zit en die kruisen elkaar, raken de lijnen verstrikt. Zeker als je met je rug naar het andere paard toezit en hij komt plots jouw richting uitgezwommen, maar je ziet het niet zit je in de klauwzone.

Goede regels
Duidelijke regels afspreken, zowel voor jezelf als in groep, is heel belangrijk om ongelukken te voorkomen. Voor je het weet zit je in iemands zwemzone. Ook als een paard zich lostrekt en wegzwemt kan er paniek ontstaan. Paniek is dan niet nodig, want je paard draait sowieso naar de kant.

Op onze ranch hebben we een waterpoel voor de paarden maar in de zomer gaan we wel eens mee erin. Op dit filmpje zie ik hoe ik los mijn paarden motiveer om samen met mij te genieten van het water! Veel spetterplezier deze zomer! En hou het veilig!